Prejudiciële vragen aan HvJ EU over concessie hoofdrailnet 2025-2033

woensdag, 10 september 2025 (14:30) - Nederlands Juristenblad

In dit artikel:

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op 9 september 2025 prejudiciële vragen voorgelegd aan het Hof van Justitie van de EU over de gunning van de concessie voor het Nederlandse hoofdrailnet voor 2025–2033 aan NS. Aanleiding zijn bezwaren van concurrerende spoorwegbedrijven tegen een onderhandse gunning aan NS zonder voorafgaand onderzoek naar welke lijnen commerciële partijen ook kunnen exploiteren. Deze bedrijven krijgen steun van de Europese Commissie, die op 17 juli 2025 een inbreukprocedure tegen Nederland aankondigde wegens mogelijke schending van EU-regels.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat verdedigt de aanpak: volgens hem staat het overgangsrecht een laatste onderhandse gunning toe en vormt het hoofdrailnet één geïntegreerd geheel, zodat geen afzonderlijke markttoets nodig zou zijn. Het CBb vraagt het EU-Hof nu om uitleg over de interpretatie van dat overgangsrecht en over de verhouding tussen het recht van spoorwegondernemingen op vrije toegang tot infra en de bevoegdheid van de overheid om openbaar treinvervoer via openbare-dienstcontracten te regelen.

Kernvraag is of winstgevende lijnen en diensten van het hoofdrailnet verplicht los moeten worden aangeboden aan de markt (open toegang) of dat de staatssecretaris deze in één concessie mag onderbrengen. De beslissing van het HvJ EU zal richtinggevend zijn voor hoe Nederland en mogelijk andere lidstaten spoorconcessies mogen inrichten binnen EU-regelgeving.