Hoge Raad: geen wettelijke grondslag voor inzage in dossiers jeugdbeschermingszaken

maandag, 12 mei 2025 (12:01) - Nederlands Juristenblad

In dit artikel:

De rechtbank Rotterdam heeft de Hoge Raad gevraagd om te oordelen over het recht van betrokkene op inzage of een afschrift van documenten uit een gesloten jeugdbeschermingsdossier. Betrokkene wilde deze informatie verkrijgen om zijn jeugd en de gebeurtenissen uit die periode beter te kunnen begrijpen. Op 9 mei 2025 verleent de Hoge Raad een negatief antwoord: er bestaat geen algemene wettelijke basis voor het recht om inzage of afschrift te krijgen van stukken uit dossiers van afgesloten civiele procedures, waaronder jeugdbeschermingszaken.

Volgens de Hoge Raad beschermt artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) het belang van personen die in pleegzorg zijn opgegroeid om toegang te krijgen tot informatie over hun vroege ontwikkeling. De Nederlandse Staat moet ervoor zorgen dat er een effectieve en toegankelijke procedure is om deze informatie te verkrijgen. Echter, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering biedt alleen het recht op een afschrift van uitspraken, niet van andere processtukken. Ook de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) verleent geen algemeen inzagerecht in procesdossiers.

De Jeugdwet regelt wel dat personen die betrokken waren bij kinderbeschermingsmaatregelen inzage en afschrift kunnen krijgen van het jeugdbeschermingsdossier bij een daarvoor aangewezen jeugdbeschermingsinstantie, wat in principe voldoet aan de eisen van artikel 8 EVRM. Desondanks kan via deze route niet altijd alle gewenste informatie worden verkregen. De Hoge Raad benadrukt dat het aan de wetgever is om een passende procedure en regeling te ontwikkelen voor de toegang tot informatie over kinderbeschermingsmaatregelen uit het verleden. Daarbij dienen ook kwesties zoals de betrokken overheidsinstanties, de positie van derden en de wenselijkheid van begeleiding bij het inzien van de informatie meegewogen te worden. Een algemene rechterlijke oplossing acht de Hoge Raad niet passend.