Hoge Raad: flexibele schil geen rechtvaardiging voor dertien jaar onafgebroken uitzendwerk

maandag, 24 november 2025 (11:44) - Nederlands Juristenblad

In dit artikel:

Een werknemer werkte bijna dertien jaar onafgebroken voor een bedrijf op basis van opeenvolgende uitzendovereenkomsten. De inlening eindigde in 2022 toen de productieafdeling sloot; de werknemer had herhaaldelijk om een vast dienstverband verzocht, maar dat werd steeds geweigerd. Rechtbank en hof wezen zijn verzoeken af. Het hof oordeelde dat er wel sprake was van langdurig gebruik van de uitzendconstructie maar dat dit geen misbruik was, omdat het bedrijf een objectieve reden had gegeven: de behoefte aan een flexibele schil.

De Hoge Raad (21 november 2025) heeft dit oordeel vernietigd. Hij wijst erop dat de Europese Uitzendrichtlijn en de rechtspraak van het Europees Hof van Justitie vereisen dat uitzendwerk daadwerkelijk tijdelijk blijft, ook wanneer tijdelijke opdrachten aaneenschakelen. Misbruik ontstaat volgens de Hoge Raad als de duur van de inlening langer is dan redelijkerwijs als tijdelijk kan worden aangemerkt en het inlenende bedrijf voor die gehele periode geen objectieve verklaring kan geven. Een algemene verklaring dat het bedrijf behoefte heeft aan flexibiliteit is volgens de Hoge Raad geen toereikende onderbouwing voor dertien jaar voortdurende inlening. Als het hof toch meende dat er in deze zaak wél een adequate bijzondere verklaring bestond, dan heeft het die mening onvoldoende gemotiveerd.

De Hoge Raad heeft het arrest van het hof vernietigd en verwezen naar een ander gerechtshof voor een nieuwe beoordeling. Eerder had A-G De Bock op 21 maart 2025 geadviseerd tot vernietiging over te gaan. De uitspraak benadrukt de Europese norm dat langdurig gebruik van uitzendkrachten kritisch moet worden getoetst en kan gevolgen hebben voor de rechtspositie van werknemers die jaren als uitzendkracht werken.