(Ex-)patroon & pupil: 'We delen een soort enthousiasme voor ons werk én het leven'
In dit artikel:
Renske Imkamp (36) en Kiran Balak (29) werken als partners bij het Amsterdamse kantoor De Graaf aan de Kade Advocaten en vormen een patroon‑pupilduo in de sociale advocatuur. Imkamp, gespecialiseerd in sociaal zekerheidsrecht en autoriteit op terreinen als de Jeugdwet en Wmo 2015, kreeg in oktober 2025 de titel Patroon van het Jaar; Balak, die naast sociale zekerheidszaken ook huurrecht doet, nomineerde haar.
Beiden procederen regelmatig tegen gemeenten en andere overheden om kwetsbare cliënten toegang tot passende voorzieningen te bevechten. Imkamp haalde bijvoorbeeld met succes een toewijzing af zodat een meisje met een spierziekte regulier voortgezet onderwijs kon volgen in plaats van speciaal onderwijs; Balak vroeg en kreeg woonurgentie voor een cliënt met ernstige autisme wiens woning slecht geïsoleerd was en die daardoor niet tegen straatgeluiden kon. Zulke zaken illustreren hun drijfveer: met procederen concreet verschil maken voor mensen.
De samenwerking tussen hen begon toen Balak tijdens haar advocaatstage bij De Graaf patroon werd van Imkamp; die rol vervulde Imkamp tot september 2025. Imkamp verzorgt bovendien roulerend praktijkbegeleiding voor advocaat‑stagiairs van andere kantoren en ziet opleiden als een wezenlijk onderdeel van haar werk. Haar eigen mentor, Gerrit Jan Pulles (thans raadsheer), leerde haar vooral goed structureren en afspraken zorgvuldig vastleggen — vaardigheden die zij expliciet doorgeeft aan haar pupillen vanwege de kwetsbaarheid en veranderlijkheid van veel cliënten.
De relatie tussen Imkamp en Balak is pragmatisch en leerzaam. Imkamp geeft veel feedback op juridische inhoud en procesaanpak; Balak bracht ervaring uit de commerciële praktijk in en ontwikkelde onder Imkamp’s leiding specialistische kennis van Wmo, Jeugdwet en langdurige zorg. Praktische voorbeelden van hun werkwijze: gedegen voorbereiding om onvoorziene problemen op te vangen, consequent vastleggen van afspraken en het zoeken naar creatieve oplossingen — zoals het indienen van een juridisch processtuk naast een niet‑juridische, persoonlijke brief van een cliënte zodat de rechter ook haar perspectief leest.
Persoonlijk vullen ze elkaar aan: Balak is volgens Imkamp geduldiger en heel kalm in de omgang met cliënten en tegenpartijen; Imkamp is doortastend en procesgericht. Beiden erkennen grenzen in wat ze voor cliënten kunnen bereiken en leren omgaan met emoties en weerstand. Die balans helpt bij het behoud van kwaliteit in de vaak complexe dossiers met psychische of verstandelijke problematiek.
Naast hun praktijkambities hebben ze toekomstplannen: Balak overweegt gastcolleges te geven en wil haar carrière als sociaal advocaat verder uitbouwen; Imkamp wil bijdragen aan rechtsontwikkeling en noemt de Ombudsman van Amsterdam als een mogelijke toekomstrol. Hun samenwerking toont hoe praktijkervaring en gestructureerde begeleiding elkaar versterken in een specialisme waar procedurele kennis concrete gevolgen heeft voor de leefwereld van cliënten.